Twee jaar schrijven in 1200 woorden

“Waarom ga je geen boek schrijven over je werk?” Ik zat tegenover Meinhard van de Reep in een ruimte in het Ambassadehotel en we dronken een kopje koffie. Dat moment was het begin.
Ontmoeting
Ik herinner me dat moment nog goed. Een kleine, smaakvol ingerichte ruimte, een klein raam dat uitkeek op de straat. Tussen ons een laag tafeltje met daarop onze kopjes met koffie en een koekje. We zaten beiden met onze benen over elkaar, namen elkaar op. Daar zat de man die twintig jaar eerder mijn andere boek Leven in beweging, had gepubliceerd. Ouder geworden, taniger, meer rimpels, net als ik. Met een vragende blik keek hij mij aan.
“Een boek schijven over mijn werk? Dat heb ik toch al eens gedaan?” Maar vrijwel direct voelde ik hoe een nieuw boek anders zou worden, directer, kwetsbaarder. Wilde ik daar wel aan?
Ik zou erover nadenken en dat deed ik, lopend over de Herengracht terug naar het station. In de trein zat ik lang naar buiten te staren. Ga ik dieper duiken in mijn werk? Mij als therapeut zichtbaar maken aan publiek? Wil ik die confrontatie met mezelf wel aan?
Een reis
Het schrijven van dit boek werd – heel passend – een reis met uitdagingen.
Ik zal het eerlijk bekennen. Ik begon er halfhartig aan. Ik wilde liever schrijven over de ontwikkelingen in deze tijd en de op gang komende bewustzijnsveranderingen.
Ik begon er halfhartig aan.
Die halfhartigheid leek tot uitdrukking te komen in de feedback van Meinhard die summier was of uitbleef. Tot dat moment waarop ik het gevoel kreeg dat hij het opgegeven had.
Dat vond plaats ergens gedurende de hete zomerweken in 2019 in Frankrijk, waar ik kerken en abdijen bezocht; de christelijke mystiek zou een van de onderwerpen worden in mijn boek.
Overgave en ontmoeten
Ik was neergestreken op de camping in Vezelay – waar die prachtige Basilique Sainte- Marie-Madeleine mij met al haar koelte al had verwelkomd – en zat op een bankje in de schaduw van het receptiegebouwtje. Het was de enige plek op de camping waar wifi was.
Zonlicht, slechts gehinderd door een enkele boom, viel in smalle banen op het uitgedroogde terrein vlak voor me. Ik had mijn mail gecheckt en opnieuw – ik wachtte nu al langer dan een maand – was er geen bericht van Meinhard.
Aan de andere kant van het bankje zat een jonge Duitse vrouw, die op de fiets de camino de Santiago de Compostela aflegde. Ik had haar al ontmoet. Ze had verteld dat het te heet was om te fietsen en ze maakte zich zorgen of ze nog op tijd haar bestemming zou halen. Ik had haar aangemoedigd.
Als Meinhard zou afhaken, ging ik dan door?
Nu had ík aanmoediging nodig en die er niet leek te zijn. Als Meinhard werkelijk zou afhaken, ging ik dan door met dit schrijven?
Een moment van stilte, vervolgens een duidelijk ‘Ja’. Overgave aan een diepere wil gaf mij mijn vrijheid terug. Ik was niet langer afhankelijk van Meinhard’s mening. Nu werd het boek mijn eigen project.
Een dag later vond ik in mijn postvak een mail van Meinhard, met zijn feedback…
Bemoediging
Begin november stelde Meinhard voor om mijn manuscript door te geven aan een nieuwe redacteur bij Samsara en twee weken later al, kreeg ik een reactie: Sanne Broekhuis was enthousiast. Ze gaf mij tips om de lezer ‘mee te nemen’ en stelde voor om de voorbeelden van mijn werk met cliënten wat verder uit te werken evenals mijn uitnodigingen tot zelfonderzoek. Ze liet ook haar telefoonnummer achter; ik kon haar altijd bellen.
Ik was superblij. Voor het eerst in mijn schrijfcarrière kreeg ik nu gedegen feedback op mijn schrijfsels. Ik stuurde nieuwe stukken op, Sanne werd enthousiaster.
Tot ergens tegen de zomer – ik werkte aan het laatste deel dat bijna af was – er een onverwacht bericht kwam. Een tweede redacteur ging mijn manuscript bekijken en of ik daar mee akkoord ging…
Opnieuw onzekerheid… wat als die redacteur het allemaal niets vond? En waarom? Sanne verzekerde me dat dit gebruikelijk was bij Samsara. Had ik een keuze?
‘Er moest nog wel het een en ander aan de tekst gebeuren…’
Enkele weken later kwam er een antwoord:
‘Er moest nog wel het een en ander aan de tekst gebeuren…’ Een schok: ‘Hoeveel tijd zou dat nog wel niet vragen? En hoezo, jij was toch enthousiast?’
'Maar we willen natuurlijk wel dat het goed wordt…’ ‘Ja, ik ook.’
Uitdaging en overgave
De tekst die ik via Sanne terugkreeg was nagenoeg volledig gekleurd in blauw. Er was commentaar op taal en inhoud, zinnen waren geherformuleerd, hoofdstukken waren te lang, en er waren stukken waarvan deze redacteur vond dat ze er wel uit konden. Ik was ontsteld. Het leek erop dat ik het helemaal niet kon: schrijven.
Ik kreeg haar telefoonnummer.
Voor Anne Colenbrander was het haar tweede klus voor Samsara en ze is – net als ik – student in de Diamantbenadering. Ze kent voor een deel mijn taal.
Ik viel stil; hier was een duidelijke aanwijzing van Essentie, van de Ware Natuur, zoals we Essentie in de Diamantbenadering wel noemen. Ik boog mijn hoofd en opende mij voor haar argumenten.
Intens ontmoeten
Het werd een periode van intens ontmoeten. We spraken, luisterden, dachten na, keken verder, overlegden, voelden. Er was duidelijk een klik. Hoofdstukken werden gesplitst, inleidende verhaaltjes uitgebreid, nieuwe gedichten gezocht. Hele stukken verdwenen of werden herschreven. Gespannen zat ik ochtend na vroege ochtend achter mijn laptop in bed.Naast dat bed was inmiddels een boekenkast verschenen met daarin alle boeken die ik regelmatig raadpleegde onder handbereik.
Anne controleerde citaten, stelde voor om stukken eruit te laten, twijfelde bij sommige van mijn bronnen. We hadden discussies en werden het eens. In de kantlijn kwamen steeds meer persoonlijke reacties. Onze telefoongesprekken werden directer, we lachten samen, deelden onze gevoelens.
Al met al werd het boek alsmaar dikker. Daar maakte ik me zorgen over die ik met Sanne deelde. Maar zij wuifde ze weg.
Titel en omslag
‘De reis van de ziel op Aarde’, was twee jaar lang mijn werktitel en omvatte naar mijn gevoel het meest duidelijk, zowel inhoud en visie van het boek, maar een met het woord ‘ziel’ roept teveel associaties op met het christendom en de godsdienst.
Het woord ‘ziel’ roept teveel associaties op met godsdienst.
Een nieuwe titel werd een zoektocht die gepaard ging met een paar weken intense spanning. De uiteindelijke beslissing ligt niet bij de auteur, maar bij de uitgever. Ik wist dat de juiste titel verscholen lag tussen tal van woorden. Hij moest alleen nog gevonden en dat gebeurde. Opluchting.
De omslagontwerp was net zo’n ding. De belettering was mooi, maar de achtergrond ronduit lelijk. Ik schakelde hulptroepen in en na twee uur had ik tien mogelijke voorbeelden. We kozen er twee uit die ik doorstuurde en een ervan werd uitverkoren.
Ik ben die hulptroepen vergeten in mijn dankwoord… Hoe kon dat gebeuren?
Hierbij dan maar: bij deze wil ik jullie, Klaas Greydanus en Gebbeke Rauh, bedanken voor jullie zo belangrijke bijdrage!
Het boek is er en ik ben er heel erg blij mee. Ik hoop dat het velen kan inspireren en ondersteunen in hun eigen zoektocht.
Een column met als titel ‘De reis van een boek’, verscheen bij Vive-levenskunst.